Voortgang 22 (2004/05): 3-89323-722-4 | •••» Autorenverzeichnis |
• • •
•• bestellen •• |
Willem van den Berg: Romantiek (pp. 235-274) //
Igor van de Bilt: Adriaan Kluit (1735-1807) als lexicograaf (pp. 129-159) // Minne G. de Boer: Pieter Hooft neemt de taal waer. Eeen onderzoek naar Hoofts taalkundige strategieën (pp. 101-112) // Saskia Daalder: Achter de schermen van een congres. Het eerste Internationale Linguïstencongres (Den Haag, 1928) (pp. 315-321) // Boris Djubo: Jakov Bruces Übersetzung von William Sewels Nederduytsche spraakkonst ins Russische (pp. 113-128) // A. M. Duinhoven: De voorgeschiedenis van Walewein (pp. 71-100) // Els Elffers: Paradoxaal (anti-)psychologisme in de begin 20e-eeuwse taalkunde (pp. 177-204) // Sofie Gielis: Woord Vermoord. Ethiek en invalshoek bij Gerrit Krol (pp. 301-314) // Henk de Groot: The Great Dutch-Japanese Dictionaries in Early Nineteenth Century Japan (pp. 161-176) // Cecile Portielje: Professor E. M. Uhlenbeck, taalkundige (1913-2003) (pp. 205-234) // Luc Renders: De drama's en luisterspelen van N. P. van Wijk Louw: met volkswording en volks-zijn als inspiratie (pp. 275-300) // Viocria van der Roest: De Middelnederlandse Parthonopeus van Bloys. Een getrouwe bewerking met een eigenzinnig einde (pp. 7-30) // Simon Smith: Mouw - minne - maunch. Over het attribut van de riddere metter mouwen (pp. 31-70) // |